Waarom vliegen altijd onder een lamp blijven cirkelen

Waarom vliegen altijd onder een lamp blijven cirkelen

12 juni 2025 Uit Door Redactie

Het is een bekend tafereel: zodra de avond valt en het licht in huis aangaat, begint het gezoem. Vliegen die eindeloos onder een lamp blijven cirkelen – alsof ze nergens anders heen willen. Maar waarom doen ze dat? Is het toeval, instinct of iets diepers? In dit artikel duiken we in het fascinerende gedrag van vliegen en ontdek je waarom licht zo’n onweerstaanbare aantrekkingskracht op hen uitoefent.

Licht als navigatiehulpmiddel

Vliegen behoren tot de orde van tweevleugelige insecten en oriënteren zich, net als veel andere vliegende insecten, deels op licht. In de natuur gebruiken ze het zonlicht of het maanlicht om hun route te bepalen. Deze natuurlijke lichtbronnen staan op grote afstand en blijven relatief constant in positie tijdens het vliegen. Een vlieg die het maanlicht onder een vaste hoek houdt, vliegt in een rechte lijn.

Wanneer een vlieg datzelfde probeert met een kunstmatige lichtbron, zoals een gloeilamp, gaat het mis. Een lamp staat veel dichterbij en beweegt niet mee met de vlieg. Als het insect het licht blijft volgen onder een vaste hoek, vliegt het onbedoeld in een spiraal – steeds dichter naar het licht toe.

Dit verklaart waarom vliegen onder een lamp blijven rondvliegen: hun navigatiesysteem raakt in de war door het onnatuurlijke gedrag van dichtbij licht.

Waarom juist bij plafondlampen?

Het valt op dat vliegen niet zomaar bij elke lamp blijven hangen, maar vooral bij die aan het plafond. Dat heeft meerdere oorzaken:

  • Zichtbaarheid van bovenaf: Vliegen zijn gewend zich richting de hemel te bewegen voor veiligheid of oriëntatie. Een plafondlamp bootst dat licht van boven na.

  • Warme lucht stijgt op: Lampen produceren warmte. Die trekt warme lucht naar boven, wat aangenaam is voor veel insecten. Vliegen volgen instinctief deze opwaartse luchtstromen.

  • Constante lichtbron: Plafondlampen geven vaak stabiel, intens licht dat niet flikkert. Dit is aantrekkelijker dan een kleine, knipperende lichtbron of een scherm.

Het samenspel van oriëntatie, warmte en zichtbaarheid maakt plafondlampen bijzonder aantrekkelijk voor vliegende insecten zoals vliegen en muggen.

Wat trekt vliegen precies aan in een lamp?

Hoewel vliegen geen mensenogen hebben, kunnen ze wél goed licht onderscheiden. Ze zijn vooral gevoelig voor ultraviolet licht, blauw en groen. Veel traditionele lampen (zoals TL- of halogeenlampen) zenden kleine hoeveelheden UV-licht uit. Voor vliegen is dit vergelijkbaar met daglicht, en dus aantrekkelijk om op af te gaan.

LED-lampen daarentegen zenden minder UV uit, waardoor ze minder aantrekkelijk zijn voor insecten. Dat is ook de reden waarom er tegenwoordig “insectvriendelijke verlichting” bestaat die specifiek ontworpen is om minder insecten aan te trekken.

Wat vliegen verder aantrekt:

  • Warmte: Zoals eerder genoemd, voelen vliegen zich aangetrokken tot warmte, vooral in koele omgevingen.

  • Reflectie en glans: Sommige lampen reflecteren licht in meerdere richtingen. Dit versterkt het signaal voor de vlieg.

  • Beweging: De subtiele schaduw- en lichtveranderingen rond een lamp kunnen extra prikkels geven voor het navigatiesysteem van de vlieg.

Waarom stoppen ze niet met cirkelen?

Je zou denken dat een vlieg na een paar rondjes genoeg heeft van het licht, maar dat gebeurt zelden. Daar zijn meerdere verklaringen voor:

  • Verwarring in het navigatiesysteem: De vlieg blijft proberen een rechte lijn aan te houden ten opzichte van het lichtpunt, wat onmogelijk is bij een nabijgelegen lamp.

  • Instinctieve gedragingen zijn moeilijk te onderbreken: Vliegen handelen niet bewust, maar reageren reflexmatig op prikkels.

  • Gebrek aan afleiding: In een donkere ruimte is het lichtpunt de enige visuele stimulus. Er is niets anders om op af te gaan.

Het resultaat is een eindeloze, bijna dwangmatige cirkelbeweging onder de lamp. Pas als het licht uitgaat of als de vlieg door vermoeidheid of een andere prikkel wordt afgeleid, stopt het gedrag.

Zijn vliegen de enige die dit doen?

Nee. Ook motten, muggen en kevers vertonen vergelijkbaar gedrag. Vooral motten staan bekend om hun obsessieve neiging om richting licht te vliegen. Het verschil is dat motten sterker reageren op ultraviolet licht dan vliegen, en soms zelfs in het lichtpunt zelf verbranden.

Muggen gebruiken licht vooral om in de buurt van mensen te komen. Ze worden niet zozeer door het licht zelf aangetrokken, maar gebruiken het om hun prooi beter te lokaliseren. Ze combineren visuele prikkels met lichaamswarmte en geur.

Vliegen zijn daarin minder selectief, maar blijven wél langdurig ronddolen bij licht.

Wat kun je doen om vliegen te weren?

Als je last hebt van rondvliegende insecten in huis, kun je een aantal maatregelen nemen om ze minder aan te trekken:

  • Gebruik warmwit LED-licht: Dit trekt minder vliegen aan dan koelwit of blauw licht.

  • Laat geen etensresten of open vuilnis staan: Geur is een sterke lokker voor vliegen.

  • Plaats horren of vliegengaas: Vooral bij ramen die openstaan.

  • Gebruik ventilatie: Een ventilator verstoort het vlieggedrag.

  • Schakel onnodige verlichting uit: Zeker bij open deuren of ramen in de zomer.

Lampen met een gesloten armatuur helpen ook: ze maken het voor insecten moeilijker om direct in het licht te vliegen.

Wat leert dit gedrag ons?

Het gedrag van vliegen bij lampen is niet alleen vervelend, maar ook fascinerend. Het toont hoe dieren reageren op onnatuurlijke omgevingen. Hun oerinstincten, die ooit nuttig waren in de vrije natuur, worden in de moderne wereld soms hun valkuil. De plafondlamp wordt een valstrik waarin hun oriëntatievermogen faalt.

Het herinnert ons eraan dat zelfs eenvoudige insecten complexe mechanismen gebruiken om te overleven – mechanismen die niet altijd goed samengaan met technologie en kunstlicht.